Heeft u uw
financiële zaken
op orde?

Lees de checklist

Intermedis A & A

Achteraf opgestelde rittenregistratie is soms voldoende

Geplaatst op: 11-06-2020, 10:15:29

Een DGA kan het beste meteen een rittenregistratie bijhouden om bijtelling wegens privégebruik te vermijden. Toch lukt dat soms ook als pas later een rittenregistratie wordt opgesteld, vooral als er aanvullende informatie als een tellerrapport kan worden overlegd. Dat blijkt uit een recente uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden over de naheffingsaanslag loonheffingen die de fiscus aan een BV had opgelegd.

De BV richt zich op verhuur van kleine en grote tenten voor feesten en partijen en catering/party-service op de feestlocatie. Tot het bedrijfsvermogen behoren verschillende bestelauto’s en een vrachtwagen die door de werknemers voor de werkzaamheden worden gebruikt. Deze auto’s blijven na werktijd op de bedrijfslocatie achter. De DGA rijdt zelf rond in een als bestelauto geldende Nissan Patrol. Voor die bestelauto werd aanvankelijk geen rittenregistratie bijgehouden en er werden ook geen verklaringen ‘geen privégebruik’ en/of ‘uitsluitend zakelijk gebruik van de bestelauto’ afgegeven door de fiscus.

Naheffingsaanslag loonheffingen

De Belastingdienst nam naar aanleiding van boekenonderzoek het standpunt in dat de BV met betrekking tot de bestelauto van 2011 tot en met 2014 ten onrechte niet de bijtelling op grond van de autokostenfictieregeling in aanmerking had genomen. Daarom werd een naheffingsaanslag loonheffingen opgelegd.

Rittenregistratie achteraf opgesteld

De BV stelde vervolgens alsnog – achteraf – op basis van de door haar verzonden facturen een rittenregistratie op met betrekking tot de bestelauto. Volgens die rittenregistratie is in de jaren 2011, 2012, 2013 en 2014 het volgende aantal kilometers in privé gereden met de bestelauto: 79 km (2011), 24 km (2012), 231 km (2013) en 138 km (2014).

Rechtbank

De rechtbank oordeelde eerder dat de BV erin is geslaagd te doen blijken dat de bestelauto per jaar voor minder dan 500 kilometer voor privédoeleinden is gebruikt. Daarom werden de naheffingsaanslag en beschikkingen inzake de rente en de boete vernietigd. De fiscus ging echter in hoger beroep tegen die uitspraak.

Uitspraak hof

Zonder succes, want de BV krijgt ook in hoger beroep gelijk. Het bedrijf overlegde een op de bestelauto betrekking hebbend tellerrapport uit het register van de RDW. Daarin zijn jaarlijkse kilometerstanden van de bestelauto vermeld in de periode 2002 – 2017. Ook voerde het bedrijf een op 16 juni 2014 gedagtekende werkplaatsbon van een garagebedrijf aan waarop een kilometerstand van de bestelauto is vermeld die strookt met de gegevens van de RDW.

Naar het oordeel van het Hof is het bedrijf met de (weliswaar achteraf maar zeer zorgvuldig opgestelde) rittenregistratie, de facturen, de foto’s, het tellerrapport van de RDW, de werkplaatsbon en met haar overtuigende verklaringen ter zitting van het Hof met betrekking tot de door de Inspecteur gestelde ‘hiaten’ erin geslaagd te doen blijken dat per kalenderjaar niet meer dan 500 km in privé is gereden met de bestelauto. De Belastingdienst heeft daarom ten onrechte een bijtelling op de voet van de regeling van het autokostenforfait in aanmerking genomen, oordeelt het Hof. Het gelijk is aan de zijde van de BV en de naheffingsaanslag en de beschikkingen inzake de rente dienen daarom te worden vernietigd.

Bron: www.accountancyvanmorgen.nl van 9 juni 2020

Ga terug naar de vorige pagina